Iedereen die me al langer dan vandaag kent weet dat ik niet van het spic en spanne soort ben. Allesbehalve zelfs. Maar sinds ik aan mijn boek werk is het opeens een stuk schoner, een stuk opgeruimder in huize Wolff-Schoonderwoerd! Daar speelt het schrijven (en ook een beetje Maria Kondo, ere wie ere toekomt) een belangrijke rol in.
In een eerder blogje schreef ik al dat het grootste gedeelte van mijn (en ongetwijfeld ook jouw) schrijfwerk zich in het hoofd afspeelt en dat ik daarvoor niet achter mijn laptop hoef te kruipen. Inspiratie doe ik vooral elders op. Als ik aan het fietsen, varen, borrelen ben.
Op momenten dat ik de inspiratie omzet naar een nieuw hoofdstuk en vastloop, ga ik wat opruimen of schoonmaken. Ja écht. Ik haal een kastje leeg en deel het opnieuw in, sop de badkamer, draai een wasje, zuig en dweil de vloer, verpot een plantje en kan daarna weer full speed ahead.
Even die afleiding, even iets totaal anders doen. Het helpt me.
Vandaag ligt als een tabula rasa voor me. Maar het zal me niets verbazen als ik, naast een paar scenes, vanavond ook het stofzuigen van de bovenverdieping, het opruimen van de was, het zemen van alle ramen en vast nog wat andere klusjes op mijn conto kan schrijven. Huishoudelijke taken, waar ik ‘vroeger’ zo’n hekel aan had en nu met plezier doe. Onderwijl denkend hoe ik een zin beter kan laten lopen, of welk gedeelte aangevuld of juist verwijderd moet worden. Ja, mijn huis wordt écht schoner van schrijven. En mijn boek hopelijk beter!