Maar het is augustus...
Eén van de opdrachten uit de workshop ‘Hoe was je jaar?’ is de volgende:
Pak twee van je favoriete boeken van afgelopen jaar. Schrijf bovenaan de beginzin van het ene boek.
Onderaan de laatste zin van het andere boek.
Schrijf nu wat er zich tussenin afspeelt, terug- of vooruitkijkend op afgelopen jaar of komend jaar.
Benieuwd wat die van mij waren en wat ik erover schreef?
Eerste zin uit: ‘De kerstboekwinkel” van Jenny Colgan: “Maar het is augustus!”
De laatste zin uit: “De omwenteling” van Suzanna Jansen: “Mijn rechterwijsvinger tikt met de correctietoets de laatste drie letters van mijn beroep weg, de linkerhand vervangt ze door “fster”.
“Maar het is augustus!” Dan heb je toch vakantie? Nou, in mijn geval gaat die vlieger niet op. Ben als ghostwriter druk met het afschrijven van twee boeken. Het ene komt in oktober, het andere in november uit, wat betekent dat ik deadlines voor respectievelijk begin september en begin oktober heb. Dus vanaf nu: gaan met die banaan. Dus lekker vroeg opstaan, terrasdeuren open, zodat ik kan genieten van het mooie weer en schrijven maar. De hele dag.
Ik wacht met schrijven tot die deadlines angstaanjagend dichtbij komen. Wat is dat toch? Wil ik misschien door de mand vallen? Is het zelfsabotage, destructief gedrag? Het is niet het eerste, want vreemd genoeg weet ik dat ik het altijd red en de tijdsdruk aan de kwaliteit niets af doet. Van zelfsabotage en destructief gedrag ben ik niet vies, dus die zouden het zomaar eens kunnen zijn. Al denk ik dat het in dit geval meer te maken heeft met het gevoel dat ik tijdens het schrijven van boeken wil hebben: totale focus. In een bubbel leven. En in die cocon geraak ik pas als ik écht geen tijd meer heb voor afleiding. Ik ben dan in mijn eigen wereld en voor mijn omgeving niet echt beschikbaar. Iedere schrijver heeft eigenaardigheden. De een doucht zich tijdens het schrijfproces niet, een ander zit naakt achter zijn laptop. Valt het bij mij nog wel mee, toch?
Het is december. De twee boeken zijn af en de klanten tevreden. Ik werk ondertussen aan twee nieuwe boeken in opdracht en aan mijn tweede roman. Ik kan tevreden terugkijken op het afgelopen, drukke jaar vol mooie schrijf(coachings)trajecten, schrijftrainingen bij opleidingsinstituten, twee edities van 4boeken en een jaar waarin prachtige boeken zijn uitgekomen bij onze uitgeverij. Een jaar waarin ik ook dingen gemist heb. Ik heb maar één (!) column geschreven. En dat terwijl ik het juist zo leuk vind. Ook aan het geven van mijn eigen workshops ben ik amper toegekomen. Door deze opdracht besef ik wat me komend jaar te doen staat. Omdat ik het gemist heb: weer columns schrijven en eigen workshops geven. Omdat ik het nodig heb: elke laatste week van de maand leeghouden om te bubbelen.
En dan nu nog een laatste actie om dit jaar op een goede manier af te sluiten. Na vijf boeken vind ik wel dat deze naam eindelijk als eerste genoemd mag worden op mijn LinkedIn-profiel. “Mijn rechterwijsvinger tikt met de correctietoets de laatste drie letters van mijn beroep weg, de linkerhand vervangt ze door “fster”.